Dieren moeten zich zo veel mogelijk natuurlijk kunnen gedragen en daarmee wordt in de grootte en inrichting van hun verblijven rekening gehouden. Omgevingsverrijking heet dat. De eisen aan de leefomgeving zijn proefondervindelijk vastgesteld door hun gedrag nauwkeurig te bestuderen. De leefomstandigheden zijn volgens deze voorschriften doorgaans beter afgestemd op de behoeften van het dier dan wat gebruikelijk is in de gewone dierhouderij.
Verblijven van proefdieren zijn onder meer voorzien van airco, luchtbevochtigingsinstallaties, verwarming, lichtdimmers, speeltjes en muziek. Als de dierproeven het toelaten, blijven de proefdieren zo veel mogelijk bij elkaar en houden elkaar gezelschap. Uiteraard houden de verzorgers rekening met de aard van de dieren. Zijn ze sociaal of maken ze ruzie? De inrichting van het verblijf is afgestemd op de diersoort. Ze worden bekend gemaakt met handelingen door mensen en soms getraind om zelf handelingen te verrichten.
Huisvesting Marmo. Bron: Biomedical Primate Research Centre (BPRC)
Kooiverrijking resusapen. Bron: Biomedical Primate Research Centre (BPRC)
Huisvesting ratten. Bron: Foto door Paul Lagro in opdracht van Radboudumc
Weegmoment rat. Bron: Foto door Paul Lagro in opdracht van Radboudumc
Deel deze pagina